Maritiem Digitaal
collectie zoeksyteem van de maritieme musea
Waterlijnmodel van het s.s. 'Baloeran' van de Rotterdamsche Lloyd.
| titel | Waterlijnmodel van het s.s. 'Baloeran' van de Rotterdamsche Lloyd. |
|---|---|
| inventarisnummer | N454 |
| collectie | modellen en maquettes |
| museum | Maritiem Museum Rotterdam
 |
| scheepsnaam | Baloeran |
| omschrijving | Waterlijnmodel van het ms ‘Baloeran’ van de Rotterdamsche Lloyd. Het model is volledig wit geschilderd, met uitzondering van de dekken, die een houtstructuur hebben. Op de bak en op het achterschip staat de naam van het schip in zwart. Op de bak het ankerspil en de bolders voor het beleggen van de trossen en springen voor het afmeren van het schip. Achter de bak bevinden zich twee luiken met elk twee kranen en daartussen ligt het zwembad. Luik twee wordt ook nog bediend door 2 laadbomen, die zijn vastgemaakt aan de voorkant van de accommodatie. De langwerpige accommodatie heeft aan weerszijden op het sloependek een vijftal reddingboten, op de kampagne nog een viertal, waarvan twee in een dubbelopstelling. Het model heeft een enkele, zwarte, schoorsteen. Achter de schoorsteen bevinden zich twee koekoeken, die worden bediend door een stel kranen én een laadboom. Het vierde paar kranen bevindt zich achter luik vier. Het model heeft een half open brug, met twee peilkompassen op de brugvleugels. Op het schavotje staat het magnetisch standaardkompas. De accommodatie is op diverse plaatsen voorzien van een frame voor de zonnetenten, terwijl op het achterschip een permanent houten zonnedek is aangebracht. De achtermast heeft de rederijvlag in top en op de achterplecht staat een vlaggenmast met de Nederlandse driekleur.
Waterlijnmodel in vitrine. De Rotterdamsche Lloyd bestelde in 1928 twee nieuwe dubbelschroefsmotorschepen bij ‘De Schelde’ in Vlissingen; de ‘Baloeran’ en de ‘Dempo’. De bouw van het casco van de ‘Baloeran’ werd uitbesteed aan de werf van Fijenoord in Rotterdam. De schepen werden uitgerust met twee tien cilinder Sulzer scheepsdieselmoteren met een vermogen van totaal 14.000 pk, goed voor een dienstsnelheid van 18 kts. Het schip kon, naast lading in totaal 666 passagiers vervoeren in de verschillende klassen. Op 29 augustus 1929 vond de tewaterlating van het mailschip ms. 'Baloeran' van de Rotterdamsche Lloyd plaats op de werf van de Maatschappij Fijenoord te Rotterdam. De doop van het schip werd verricht door mevrouw H. Drooglever Fortuyn - Bruinier, echtgenote van de toenmalige burgemeester van Rotterdam. De ‘Baloeran’ werd uiteindelijk opgeleverd aan de Rotterdamsche Lloyd op 9 april 1930 en begon 16 april van dat jaar aan haar eerste overtocht naar Nederlands Indië. In maart 1931 werd het schip ernstig beschadigd na een aanvaring met het Engelse schip m.s. ‘Silverbeech’ bij Soerabaja maar kon haar reis wel vervolgen. In verband met de oorlogsdreiging werden de ‘Baloeran’ en de ‘Dempo’ eind 1939 respectievelijk maart 1940 opgelegd in Rotterdam en Soerabaja. In de mei-oorlog van 1940 kon de ‘Baloeran’ niet wegkomen en enige tijd later werd het schip gebruikt als drijvende electiciteitscentrale. Mei 1941 werd het schip door de Duitse Kriegsmarine gevorderd, verbouwd tot hospitaalschip en 20 juli van dat zelfde jaar werd het schip’, omgedoopt tot ‘Strassburg’, als zodanig in dienst gesteld. Het lazarettschiff ‘Strassburg’ werd ingezet in het zeegebied tussen Rotterdam en Noorwegen. Op 1 september 1943 liep het schip ter hoogte van Egmond op een mijn en na een mislukte reddingpoging kwam het schip op 1,3 mijl noordwestelijk van het IJmuider Noorderhoofd op een zandbank terecht. Uiteindelijk werd het schip door luchtaanvallen beschadigd en haar lot werd bezegeld door een aanval met torpedo’s door Engelse MGB’s in de nacht van 19 op 20 september 1943. |
| afmetingen | lengte 110 cm breedte 26 cm hoogte 37 cm |
| startdatum | 1930 |
| einddatum | 1941 |
Bekijk ook
Commentaar van bezoekers